Reisverhaal «Kentung»

Azië - deel 1 | Myanmar | 0 Reacties 14 December 2009 - Laatste Aanpassing 28 April 2011

Kentung is de hoofdstad van de ‘gouden driehoek’ streek. Deze bergstad, gebouwd rondom een klein meer, is een van de meest boeiende steden van Myanmar, met zijn talrijke pagodes, warmwaterbronnen en vooral de vele traditionele bergstammen die in de dorpjes rondom nog volgens eeuwenoude gewoontes leven, de belangrijkste hiervan zijn : Wa, Ann (ook Eng genoemd), Shan, Akha, Lahu.  

De ‘gouden driehoek’ is de grensstreek van Myanmar, Thailand, Laos en China, een gebied met een zeer woelig verleden van burgeroorlogen. Verschillende legers vochten hier jarenlang om de macht over de opiumhandel tussen Myanmar, Thailand, Laos en China en tegen de overheidslegers. Ondertussen zijn deze gevechten verleden tijd, maar de drugstrafiek en andere illegale activiteiten zijn nog volop aanwezig. Daarom is deze regio zo moeilijk bereikbaar en zijn er zeer sterke beperkingen opgelegd door het militair bewind dat er nog steeds heerst. Pas sinds een 10-tal jaren worden buitenlandse reizigers in dit gebied beperkt toegelaten. Ze worden hier nog meer gecontroleerd en gevolgd dan in de rest van het land (lees vooral : grensovergang Thailand – Myanmar). Een buitenlander wordt enkel in deze regio toegelaten via een binnenlandse vlucht, of over land vanuit het noorden van Thailand (elk bezoek wordt geregistreerd en beperkt tot deze regio). Het vertrek dient te gebeuren via dezelfde weg als de aankomst.
Na een busrit van 4 uren (163 km over een goede asfaltweg doorheen bergachtig gebied), begeleid door een niet gewenste gids, komen we aan in Kentung.
We maken een wandeling in het stadje en onmiddellijk weer het goede contact gevonden met de mensen in de straten. Dat maakt veel goed. Marc gaat naar de kapper, een ernstige magere man, die enorm veel werk maakt om een perfecte coupe te snijden, en dit voor 800 MMK (+/- 0,53 EUR). Deze mensen werken dus ook op zondag in de late namiddag, steeds met de glimlach. De zaak wordt gesloten wanneer het te donker wordt, want elektriciteit is hier een probleem, dus de meeste avonden is er geen verlichting.
Het was een vermoeiende dag met vele discussies en heel wat administratie aan de grens en nadien in ons hotel (zie ook : grensovergang Thailand – Myanmar). Uiteindelijk kunnen we de eerste avond toch met een goed gevoel gaan slapen. Met onze gids Francis hebben we de trekkingmogelijkheden besproken en ons (voorlopig)programma opgesteld voor de 3 volgende dagen.
Trekking 1 :
Om 8.00 u stipt verlaten we het hotel.
We gaan eerst langs de markt om er wat geschenken voor de bergbevolking te kopen. We krijgen het advies om vooral geen geld of snoepgoed aan de kinderen te geven, dit doen we echter nooit. We weten dat pijnstillers, shampoo, tandpasta, voedingswaren, koekjes, … zeer welkom bij deze mensen. Vandaag kopen we op advies van onze gids Francis shampoo en koekjes voor de kinderen. 
Vandaag is er een waterbuffelmarkt op een heuvel aan de rand van de stad. We gaan even een kijkje nemen hoe wordt onderhandeld en grote stapels geld van hand tot hand gaan.
Een kleine rode aarden weg, tussen voornamelijk rijstvelden door, brengt ons in het eerste dorpje, Pin Tauk. We genieten van de rustige landschappen onderweg, stoppen voor een praatje – en wat foto’s – te maken met de mensen die werken op het veld.

 
Het is nog aangenaam koel, we vertrekken onmiddellijk over een smal pad de berg op, om er het dorpje Pangle te bezoeken , met zijn Ann bevolking. Een 150 mensen wonen hier in 26 paalwoningen, voornamelijk uit bamboe opgetrokken. Het bevolkingsaantal groeit steeds, de meisjes huwen zeer jong (+/- 17 jaar) en krijgen gemiddeld een 8-tal kinderen, aan geboortebeperking doet men niet. Het zijn animisten, ze leven van en geloven in de natuur. De vrouwen dragen de traditionele kledij, de tanden van volwassenen zijn meestal zwart aangeladen van het kauwen van o.a. betelnoten. We worden in een woning uitgenodigd, waar we thee en pindanoten krijgen voorgeschoteld. In het huisje wordt rijstbrandewijn gemaakt in aarden kruiken.  Wanneer we wensen, mogen we hier blijven om een gebedssessie van de Sjamaan (dorpshoofd) mee te maken. Een bijeenkomst met de oudere mannen van het dorp, die komen bidden voor geluk in dit huis en de toekomst voorspellen aan de hand van kippenboutjes, kaarsjes, kruiken rijstbrandewijn. Een zeer bijzondere ervaring om hiervan getuige te mogen zijn. Op de uitnodiging om nadien nog het middagmaal mee te nuttigen, gaan we niet in. Dit zou niet zo veilig zijn voor onze darmen, gezien de beperkte mogelijkheden tot hygiëne hier.
In ons volgende dorp, No Se (Naung Seang uitgesproken), woont een christelijke Akha bevolking. De 69 bewoners (38 mannen, 31 vrouwen) bewonen hier 15 huizen, ze hebben ook een klein kerkje boven in het dorp. We voelen onmiddellijk dat dit dorp een ander niveau van ontwikkeling kent dan het vorige. Dit is dankzij de missie die hier het christelijke geloof heeft aangebracht.
We zijn te gast bij de leraar van de zondagsschool. Hier krijgen we weerom thee en pindanootjes en bananen. Francis krijgt een lunch, waarvan ook wij mogen mee-eten, indien we dat wensen. Weerom zijn we voorzichtig en eten ons lunchpakket dat we van het hotel hebben meegebracht. Bij het afscheid, geven we hen wat shampoo en van onze kleine clementines om hen te bedanken, ze zijn hiermee zeer blij, deze fruitsoort hebben ze hier zelf niet.
De vrouwen hier zijn prachtig uitgedost in hun traditionele kledij, met borduurwerk en sieraden die ze zelf ontwerpen. Hun fraai versierd hoofddeksel weegt enorm zwaar. Toch houden ze dit de ganse dag op. Evenals in het vorige dorp, komen de vrouwen vriendelijk hun prachtige handwerken tonen, eventueel kan er iets gekocht worden.
Op terugweg stelt Francis ons een ommetje voor, dit langs een mooie grote waterval. Hiervoor moeten we afdalen via een stijl, glad bospad.
De auto wacht ons op waar we hem achterlieten in Pung Ping (Akha bevolking), we lopen nog even in het dorpje rond voor we vertrekken. Dit is beter bereikbaar, de mensen gaan vaak werken in de stad. Toch worden er nog vele tradities behouden. Er is zelfs een winkeltje. De winkelier spreekt Francis aan, vertelt een heel verhaal, telkens naar zijn ooghoek wijzend. We veronderstellen dat hij een probleem heeft (had) met zijn oog. Maar neen … hij begrijpt niet dat Marc niet meer rimpeltjes heeft naast zijn ogen, terwijl hij wel grijze haren heeft … hij moet dan toch oud zijn …
Sinds we in Azië zijn, valt het ons telkens weer op dat de mensen hier zelden wat grijs worden en dan op zeer hoge leeftijd.
In Pin Tauk (Akha bevolking) stoppen we even om ook hier een korte dorpswandeling te maken.
Op terugweg nodigt Francis ons uit een alcoholstokerij te bekijken. Men maakt er rijstbrandewijn van 50 tot 100°. Er hangt inderdaad een sterke alcoholgeur. Hij legt ons het proces uit.
Voor we aan het hotel worden afgezet, wil Francis ons de zonsondergang op het meer tonen, maar daarvoor zijn we iets te laat. Morgen beter.
We hebben vandaag ongeveer 2 ½ uren gestapt (bezoeken van de dorpen niet inbegrepen) over voornamelijk een gemakkelijk aarden pad (misschien is dit anders in het regenseizoen). Teva’s (met sokken) waren voor ons het ideale schoeisel.
Trekking 2 :
Iets voor 8.00 u, vertrek ik (Marc) samen met onze gids Francis en chauffeur, richting markt om wat geld te wisselen en opnieuw de gebruikelijke geschenken te kopen om in de dorpen af te geven. Ik koop er aspirines, shampoo, zeep en weerom wat koekjes voor de kinderen. Herlinde kan jammer genoeg niet mee, ze voelt zich helemaal niet goed en kiest met heel veel spijt voor een dagje rust in het hotel.
Na een rit van 45 minuten op een zandweg in een zeer slechte staat langs rijstplantages, word ik samen met de gids afgezet aan het beginpunt van onze wandeling.
De gids belooft mij af te wijken van het normale pad op voorwaarde dat we snel kunnen klimmen, zo kunnen we een rondwandeling maken en een dorp meer bezoeken, ipv via dezelfde weg terug te keren. Dit aanbod neem ik heel serieus en zet mijn hoogste versnelling de bergflank op. De 28-jarige gids krijgt het wat moeilijk en kan me niet meer volgen.
We volgen een rood aarden pad door de bossen en moeten een 400 tal meter stijgen om ons eerste dorp, Pang Pack, met zijn Lahu-shi bevolking die er leven als animisten, te bereiken. Het dorpje telt een 150-tal inwoners en bestaat uit 17 woningen. We worden onmiddellijk opgevangen door de Sjamaan die bezig is met een vuur te onderhouden voor de smid. Ook de kinderen zien ons aan het eerste huis en komen ons omsingelen. Wanneer ik een poging onderneem om een foto van hen te nemen, draaien ze zich onmiddellijk om. We breken het ijs op het ogenblik dat ik enkele foto’s toon van een vorig dorp op het schermpje. Iets verderop in het dorp worden we in een huis uitgenodigd. Alle kinderen komen met ons mee, ze kennen onze gids die hen steeds wat koekjes uitdeelt. Naast het delen van wat droge koekjes, geeft de gids een doosje aspirines aan de Sjamaan. Hij neemt er een schaar bij en verdeelt evenredig de medicijnen onder de vrouwen. Na nog wat rond te lopen in het dorp, vervolgen we onze weg naar het volgende dorp.
Zo’n half uurtje later komen we aan in ons tweede dorp, Paka. Het is eveneens een Lahu-shi bevolking die er leven als animisten. Dit dorpje telt 100 inwoners en een 10 tal woningen. Hier is het ontvangst iets minder hartelijk. Koekjes en medicijnen worden uitgedeeld in één van de huizen. Daarna loop ik eventjes alleen in het dorpje rond, de kinderen vragen naar meer koekjes. Dit is de eerste keer, in de vorige dorpen waren ze dankbaar voor wat ze kregen.
Vooraleer we het derde dorpje bereiken, nuttigen we onze lunch. Kort daarna, zien we een groepje mannen met een bromfiets. Hun dorp kocht voor het eerst een bromfiets die de dag ervoor net geleverd werd. Vandaag doen ze een poging om hiermee rond te rijden, wat hen niet echt lukt. Terwijl 1 persoon de bromfiets bestuurt, lopen de anderen achter de bromfiets aan om deze tegen te houden zodat de chauffeur niet zou vallen. Mijn gids geeft een demonstratie, wat hen wat verder helpt, hij geeft hen ook wat technisch advies. Ze zijn hem hiervoor heel dankbaar en ze bedanken ook mij, via mijn gids natuurlijk, voor het geduldig wachten.
We belanden in ons derde dorp, Gwe Pung. Het is eveneens een Lahu-shi bevolking, ze leven als animisten en katholieken, maar ze hebben echter hun tradities verloren. Ze lopen er rond in meer westerse kledij. Na het gebruikelijk uitdelen van koekjes, aspirines en shampoo, zetten we onze weg verder naar het volgende dorp.
In het laatste dorpje voor vandaag, Wat Shum Hum met zijn Palaung bevolking die er jammer genoeg ook wat westers gekleed bij rondlopen met uitzondering van 2 vrouwen, worden we opnieuw uitgenodigd in de huizen. Hier gaan we niet op in wegens tijdsgebrek. We praten er wel buiten met de mensen die er spontaan vragen om gefotografeerd te worden. Hier ga ik gretig op in, voor hen wordt het hevig lachen wanneer ze zichzelf op het schermpje van het fototoestel zien. Er is ook een kindje zich aan het wassen, maar zonder zeep. Ik geef haar wat shampoo, een 2-tal minuutjes later staat ze er als een sneeuwmannetje bij. Voor we het dorp verlaten, worden we uitgenodigd door de mensen van het dorp om morgen te komen meevieren met alle Palaung mensen samen uit de regio. Het jaarlijks oogstfeest zal 2 dagen duren.
Er zijn 2 grote verschillen tussen de eerste en de tweede trekking, we krijgen nergens thee aangeboden en er wordt nergens een poging gedaan om handwerkjes te verkopen.
Vandaag hebben we ongeveer 5 ¼ uren gestapt (bezoeken van de dorpen niet inbegrepen) over voornamelijk een gemakkelijk aarden pad (misschien is dit anders in het regenseizoen). Teva’s (met sokken) waren voor mij het ideale schoeisel.
Trekking 3 :
Weerom hebben we afgesproken om 8.00 u met Francis, onze gids en onze chauffeur. Vandaag gaan we de markt wat beter verkennen. Francis wijst ons op een aantal artikelen die wij niet kennen en geeft een woordje uitleg. We kopen ondertussen weerom wat geschenken voor de bergbevolking die we vandaag zullen bezoeken, aspirines, shampoo voor de vrouwen en koekjes voor de kinderen.
Op ons programma stond oorspronkelijk een bezoek aan enkele dorpjes met Loi bevolking, waarvoor we 3 uren moesten rijden (enkel) en in totaal een 4-tal uren wandelen. Maar we hebben beslist om op de uitnodiging in te gaan die Marc gisteren kreeg van de Palaung mensen waar hij op bezoek was. We gaan deze namiddag hun oogstfeest bijwonen.
Mocht het kunnen, zouden we graag ons verblijf met een 2-tal dagen verlengen, om alle geplande bergdorpen alsnog te kunnen bezoeken. De nieuwe wetgeving staat ons dit echter niet toe.
We bezoeken het dorpje Wai Sai, met Akhu bevolking. De oudere vrouwen hier roken de bamboepijp. Ook hier zijn nog velen uitgedost in traditionele kledij. Men woont hier in bamboe huisjes met daken van gedroogd gras. Ook hier wordt gekauwd op bladeren en betelnoten, waardoor velen zwarte tanden hebben. We zien een jong meisje met enkel zwarte boventanden (onderaan zijn ze wit), zij kauwt niet maar schildert haar tanden om ‘mooi’ te zijn.
Dit dorp wordt vaker door toeristen bezocht, omdat het niet ver rijden is en het slechts op 5 minuten wandelen van de weg ligt. Dat voelen we aan de mentaliteit van deze mensen. Ze komen op ons af, verwachten duidelijk geschenkjes (na de koekjes vragen ze om medicatie, daarna komen ze shampoo vragen, … die we niet geven), zo zijn ze dat gewoon. Vooral de kinderen zijn niet van ons weg te slaan, ze volgen ons doorheen het dorp omdat ze weten dat ze een koekje mogen verwachten.
Dit is misschien een fout van de gidsen in deze regio, de mensen worden te veel gewend gemaakt dat ze geschenken krijgen van de toeristen. We worden wel gevraagd om gezonde geschenken mee te nemen, maar toch … beter zou zijn om de giften aan een dorpsschooltje, dorpshoofd of project te schenken in plaats van deze persoonlijk uit te delen tijdens een bezoek.
Het tweede dorp op onze weg is eigenlijk een tweede gehucht van Wai Sai, hier woont echter een Shan bevolking. Toeristen komen hier minder, omdat het dorp wat verder geëvolueerd is en dit mogen we aanvoelen. De mensen zijn vriendelijk maar verlegen. Ze komen niet naar ons toe, maar lachen en wuiven wel.
Het dorp bevat vooral huizen in een soort bakstenen, al dan niet gebakken. De daken zijn meestal van leisteen. Overal zien we omheiningen en balustrades van bamboe, in vele patronen. Dit straalt een gevoel van orde uit, wat de mensen kenmerkt. Het is vooral een zeer proper dorpje, de zandpaadjes worden duidelijk ‘geveegd’.
Op terugweg naar Kentung bezoeken we nog enkele tempels, de Wat Wai Sai (nabij het dubbele dorp met dezelfde naam), de Wat In (een zeer oude tempel) en de Wat Zom Khum die ons een mooi uitzicht over de stad biedt. Deze zijn allen in Shan stijl uitgevoerd.
We gebruiken onze lunch in Kentung, vooraleer we verder rijden naar Wan Pau, het Silver Palaung dorpje waar de oogstfeesten plaatsvinden. Mensen van alle Palaung dorpen uit de regio nemen hieraan deel, elk in hun eigen klederdracht getooid, zowel de mannen als de vrouwen. Het wordt een zeer kleurrijk geheel.
We zijn wat vroeg voor het feest en bezoeken eerst het dorp, waar we weerom door een familie in hun huis worden uitgenodigd. De oude vader begint van op zijn bed muziek te maken voor ons en wordt al vlug door een jongere man bijgestaan. Marc krijgt ook een instrument aangeboden om wat met hen mee te musiceren.
Het feest is een leuke soort ‘Vlaamse kermis’, met kraampjes en volksspelen. Het meest grappige is de hoge bamboe mast (+/- 10 meter hoog), waaraan men bovenaan 5.000 MMK (3,5 EUR, dit komt overeen met een goed dagloon voor de mensen hier) en een Longyi heeft bevestigd. Deze zijn voor de persoon die boven geraakt en ze kan wegplukken. Maar … de paal wordt eerst met olie overgoten, zodat het niet evident wordt erop te klimmen. We zien vele pogingen, men probeert de olie weg te vegen met een doek, maar niemand geraakt er …
Terwijl we op het feest zijn, zoeken we mensen die Marc gisteren heeft gefotografeerd in het Palaung dorp. We lieten hun foto’s ontwikkelen en delen ze hier uit. Dit is blijkbaar een verrassing voor hen, eentje krijgt het moeilijk en pinkt een traantje weg. Anderen gaan fier de foto’s aan hun vrienden tonen.
De terugweg :
Wanneer we de laatste dag van ons verblijf in Myanmar met de bus van Kentung terugkeren naar de grens, zit een lokale man op de bus zeer geboeid te kijken naar Herlinde die een Sudoku invult. Hij heeft een beduimeld schriftje bij zich waar hij allerlei cijfermatige schema’s in opstelt. Hij tekent hiervoor zelf de rasters en vult ze op één of andere manier in, na zeer lang denken over het volgende cijfer. Wat hij doet … is voor ons niet duidelijk. Blijkbaar is hij enorm geïntrigeerd door cijfers.
Herlinde geeft hem een pagina uit haar boekje, samen met de oplossing ervan die ze achteraan uit haar boekje scheurt. Hier kan hij zich wellicht ook een tijdje mee amuseren. De man is zo gelukkig hiermee dat hij haar zijn mondharmonica wil cadeau doen … weerom een blijk hoe ongelooflijk dankbaar de mensen hier zijn met kleine attenties …
 
Ernaartoe :
zie ook grensovergang Thailand – Myanmar
Pick-up taxi grens Myanmar – busterminal Tachileik, 150 THB
bus Tachileik – Kentung, 350 THB pp. + 5.000 MMK voor de gids, 4 uren onderweg (163 km), asfaltweg in goeie staat doorheen de bergen, degelijke bus, 3 controleposten onderweg, waar onze permit telkens wordt afgestempeld, daarvoor zorgt telkens de bijrijder van de bus
motortaxi Kentung busterminal – hotel, 1.500 MMK, dit bleek niet nodig te zijn, het hotel was vlakbij
Hotel :
Princess Hotel, 33 USD voor een ruime luxe 2 persoonskamer op de eerste verdieping (vraagprijs 49 USD, Marc kan de prijs drukken, de goedkopere kamers beneden zijn volzet), met airco, TV, koelkast, sanitair (warm water), grote ramen, lekker ontbijt inclusief, zeer vriendelijk en behulpzaam onthaal, geven tips en advies om je tijd hier in te vullen, kunnen zorgen voor goede Engelssprekende gidsen en vervoer, N° 21 Zaydankalay Rd., tel. (95-84) 21 319, fax (95-84) 21 159, zeer centraal gelegen, [email protected], Aanrader !
De hoteluitbater helpt ons aan een goede gids en onderhandelt dat de aan de grens opgedrongen gids, deze betaalt. Dit zouden we zelf nooit hebben kunnen waarmaken.
Voor mensen die ook via Noord Thailand naar Kentung willen komen : misschien is het een goede optie om je hotel , incl. gids op voorhand te reserveren. Dit hotel is iets duurder, maar compenseert ruimschoots het gebrek aan een degelijke gids.
Excursies :
gids : de kostprijs van de gids is 25 USD per dag, deze wordt aan de grens bepaald. De gids begeleidt je de ganse periode, dus moet ook worden betaald voor de dagen van verplaatsing, die vaak maar halve dagen zijn.
trekking 1 :
vervoer : 38.000 MMK
onderweg van 8.00 u tot 17.30 u, 2 ½ uren wandelen, ruim tijd om in de dorpen te verblijven
trekking 2 :
vervoer : 38.000 MMK
onderweg van 8.00 u tot 17.00 u, 5 ¼ uren wandelen, genoeg tijd in de dorpen
trekking 3 :
vervoer : 38.000 MMK
onderweg van 8.00 u tot 18.00 u, in totaal +/- 1 uur wandelen, ruim tijd om in de dorpen en op het oogstfeest te verblijven
 

 

Print Friendly and PDF

 

 

 

Fotoalbums van locatie «Kentung»

Kentung (33)

13 December 2009 | Azië - deel 1 | Myanmar | Laatste Aanpassing 27 April 2011

  • kindje wast haar haren met onze shampoo in No Se (
  • Marc koopt fruit op de markt in Kentung
  • bamboe pijp rokende vrouw in Wan Sai met Akhu bevo
  • vrouw met zwarte tanden door het kauwen op betelno
  • Pang Pack, Lahu Shi bevolking

 

Plaats een Reactie

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking