Reisverhaal «San AugustÍn»
Zuid Amerika 2
|
Colombia
|
0 Reacties
28 Oktober 2019
-
Laatste Aanpassing 17 November 2019
28 – 31 oktober 2019
Traject: Garzón – San AugustÍn – Isnos – Parque Nacional Natural Puracé – Coconuco
San AugustÍn
Het kleine, weinigzeggende, doch vriendelijke dorpje San AugustÍn is bekend om de pre-colombiaanse beelden die overal in de omgeving zijn opgegraven.
Een smalle, nogal beschadigde asfaltweg met veel grote diepe putten/potholes, slingert de bergen in. Hier en daar genieten we van mooie uitzichten. Onze eerste indruk over het plaatsje San AugustÍn is niet bijzonder. Opvallend zijn de witte gevels met donkergroen geschilderde deuren en ramen. Dit is zo kenmerkend aan de dorpjes in Colombia, ze hebben elk een eigen stijl, telkens vrij eenvormig.
San Augustín Parque Arqueológico Nacional (PAN)
Een groot aantal monumentale graftombes en stenen beelden werden in de regio van San AugustÍn opgegraven. Ze dateren allen uit de periode 1 – 900 ad. Archeologen gaan ervan uit dat de bewoning in die periode zich situeerde in dorpen omheen deze begraafplaatsen, allen gelegen in een agrarische omgeving. Ze werden geleid door hooggeplaatste personen, die wellicht in de grotere tombes werden begraven.
Over een groot gebied aan de Boven Magdalena Rivier, werden een 500-tal beelden gevonden. Deze hadden uiteenlopende functies, sommigen werden mee begraven in de graftombes, andere bevonden zich in ceremoniele kamers, ook werden er een aantal als een soort wachters of zuilen gebruikt.
Al hebben de meeste beelden gelijkaardige kenmerken, toch zijn ze allen uniek.
Hun houding is zeer verschillend, van zitten tot staand, op de knieen, met de armen gekruist of opgeheven. Een grote verscheidenheid is tevens te vinden in hun aangezicht, handen, ogen, mond, kledij, houding, haarstijl, hoofdtooi, … Ze dragen maskers, veren, …
Vaak is een combinatie van menselijke en dierlijke kenmerken te onderscheiden.
Boeiend om zien is wat ze in hun handen hebben: vissen, apen, slangen, schelpen, stokken, tanden, zakken, pompoenen, kalebassen, … Ook is een grote variatie aanwezig van juwelen, kledij, maskers. Mogelijks als symbolen voor de rijkdom van deze cultuur. Misschien waren het de attributen van spirituele leiders, een uitdrukking van religieuze macht of hierarchie.
Wie moesten deze figuren voorstellen? Waren het vertegenwoordigers van de in de tombes begraven individuen? Of stonden ze voor bewakers, bovennatuurlijke personnages, goden, een link tussen mens en natuur, …?
In het centrale deel van het San AugustÍn PAN, vlak bij het dorpje San AugustÍn gelegen, bezoeken we eerst het museum. Daar vinden we uitleg in het Engels, zodat we iets meer te weten komen over de geschiedenis van deze omgeving en de verschillende opgravingen.
Daarna maken we de rondwandeling in het park, die langs meerdere locaties gaat. Deze zijn bereikbaar via mooie paden door het tropisch woud. We zien een groot aantal beelden die zijn beschermd onder luifels, waardoor het geheel jammer genoeg wat minder natuurlijk oogt. Elk beeld is verschillend, het ene al beter bewaard dan het andere. Of ze allen authentiek zijn, is nog maar de vraag, een aantal ogen te intact …
De 3 grootste opgravingen bevinden zich op open grasvlaktes. Deze zijn mooi gelegen, doch de 2 plaatsen die het verste verwijderd zijn, bieden iets extra’s.
Bijzonder is het waterbekken Fuento Ceremonial de Lavapatas. Een grote platte rots, met kuiltjes waarin het water blijft staan, diende ooit als ceremoniele en rituele plaats. Kanaaltjes leiden het water er overheen. Het geheel lijkt op een groot aangezicht. Echt jammer van het glazen afdak erboven, dat steunt op een rasterwerk van metaal. Dit vormt lelijke schaduwen op de rotsplaat.
Een steile klim brengt ons op Alto de Lavapatas, een met gras begroeide heuveltop met uitzicht op de landbouwomgeving. Ook hier zijn enkele mooie beelden en graftombes te bewonderen.
Leuk is de grote groep kinderen uit MedellÍn op schoolreis. Ze spreken ons aan ‘hello, high five, how are you …’ en delen hun snoepjes. Wanneer we vertrekken, zitten ze te wachten in hun Chivas-bus op de parking. Ze roepen ons toe ‘thank you for visiting San AugustÍn’ en wuiven ons uit.
Omdat het nog vroeg is, willen we een andere site gaan opzoeken. Doch we vinden er geen in de buurt, waar parking voorhanden is. We laten Manga achter op een straathoek en wandelen richting El Purutal, een kleine site, waar de kleur van de beelden bewaard bleef (wit, rood, zwart en geel). Doch na een poosje vertellen mensen ons dat het nog 2 uren stappen is. We keren terug, daarvoor rest ons onvoldoende tijd. De locatie staat duidelijk fout aangegeven op onze GPS.
Isnos – Alto de las Piedras
San Augustín omvat opgravingen op meerdere locaties. Alto de las Piedras was gedurende de periode 1.000 BC – 1 AD een groeiend woongebied. In de periode 1 – 900 AD werden er monumentale begraafplaatsen en ceremoniele sites opgericht. Een aantal beelden hier zouden ooit beschilderd zijn geweest, met zwarte verf werden figuren geplaatst op rode en donkergele achtergrond.
In de omgeving van het dorpje Isnos bevinden zich nog 2 belangrijke sites met opgravingen, die horen tot het San Augustín PAN. Wanneer we verder rijden, richting Popayan, nemen we in Isnos de zijweg naar Alto de las Piedras.
Deze zeer verzorgde site is niet heel groot, maar toch de moeite van een bezoekje waard. Bij elke opgraving staan borden met Engelstalige uitleg. Dit geeft ons meer inzicht op wat we zien, zo herkennen we ook de details van de beelden.
Enkele beelden zijn zeer typerend, zoals dat van een hoogzwangere vrouw en de man op een troon met een beker in zijn hand. Op enkele stenen van de graftombes is nog wat kleur te zien, vooral rood. We zien er ook waarin beelden zijn gegraveerd, zoals een aap op zijn kop. Hier is een oud ondergronds huisje blootgelegd, dat opmerkelijk goed lijkt op deze die we zagen in het zuiden van de USA.
Puracé Parque Nacional Natural (PNN)
We vervolgen onze weg richting Popayan, over een traject dat gedeeltelijk perfect is gebetonneerd, doch grotendeels onverhard, in bar slechte toestand.
Deze rit brengt ons doorheen het mooi Puracé PNN, dat voornamelijk bestaat uit dicht nevelwoud. Ontelbare soorten tropische planten omzomen de smalle stenige bergweg, die ons over een hoogte van 3.300 meter brengt. De weg is smal, onverhard en vol grote diepe putten en geulen. Het rijden gaat bijgevolg uiterst langzaam. Bij elk groot voertuig dat moet gekruist worden, dient één van beiden zo dicht mogelijk aan de kant te gaan staan. Het is vaak echt millimeterwerk. Door de regen liggen grote stukken er modderig bij. Over de 37 km doorheen het park, hotsen en botsen we gedurende 5 uren.
Wanneer we aan het einde van het park komen, zien we duizenden bijzondere frailejones planten, bijgenaamd monniken, op de hellingen prijken. Prachtig om zien.
Eenmaal voorbij het natuurpark, wisselen opnieuw mooi aangelegde stukken weg af met sterk beschadigd onverhard. We rijden nog verder tot bij een rustige slaapplek, achter een benzinestation in Coconuco.
Deze route verbindt de regio aan weerskanten van een lange bergketen die Colombia van zuid naar noord doorsnijdt, een uitloper van het Andes gebergte. Een beter alternatief voor dit traject betekent 800 km omrijden, dit gaat via weg n° 40 Calarcá – Ibaqué, een bochtige bergweg vol zwaarbeladen vrachtwagens (zie verhaal Los Nevados NP). Ook deze doorkruist de hoge bergketen.
Tierradentro
Een andere historische site, gelinkt aan de cultuur van San Augustín, is het minder bezochte Tierradentro. Speciaal daar zijn de ondergrondse graven, waarin men via een trap afdaalt. De ook daar aanwezige beelden vertonen gelijkaardige kenmerken met deze van San Augustín.
We zouden hier ook graag naartoe gaan, doch de weg ernaartoe is even lang en zwaar. Dat doet ons twijfelen. Wanneer we horen dat het gebied momenteel niet veilig zou zijn, is de beslissing vlug genomen. Dit park laten we over.
OVERNACHTINGEN:
SAN AUGUSTÍN – PARKING AAN SPORTTERREIN
Coördinaten: 01.881651 – 76.274918
PRIJS: N.v.t.
SCORE: 3/5
COMMENTAAR:
Klein grasveldje, naast het overdekte sportterrein. Wandelafstand van het centrale plein en de archeologische sites. Vrij rustig. Geen voorzieningen.
Rondom staan paardenstallen, men oefent hier om de paarden sierlijk te leren stappen. Iemand van de paardenstallen vraagt ons om op het gras te parkeren, naast de muur, niet achteraan.
Minpunten: /
COCONUCO – PARKING ACHTER BENZINESTATION
Coördinaten: 02.346177 – 76.495987
PRIJS: N.v.t.
SCORE: 3/5
COMMENTAAR:
Gravelparking achter een benzinestation. We parkeren op het uiteinde, zo staan we achter een gebouw dat het geluid van de doorgaande weg dempt. Vrij rustig.
Minpunten: /
GEREDEN TRAJECT:
Garzón – Altamira – Timaná – Pitalito – San AugustÍn, 106 km
Weg n° 45 Garzón – Pitalito: smalle hoofdweg, met regelmatig grote diepe putten/potholes en andere beschadigingen van het wegdek. Waar bewoning is, veel verkeersdrempels.
Onderweg in de bergen regelmatig mooie uitzichten.
Weg n° 20 Pitalito – San AugustÍn: smalle weg, klimt bochtig de bergen verder in, veel beschadigingen aan het wegdek, grote diepe putten/potholes.
TOL: 4.400 COP, weg n° 45, Peaje Altamira.
San AugustÍn – Isnos – Alto de las Piedras – Isnos – Parque Nacional Natural Puracé – Coconuco, 104 km
Weg n° 20 San AugustÍn – PNN Puracé: bergweg in zeer goede conditie, op een stuk onverhard na tussen Isnos en PNN Puracé. Dat gedeelte is zeer stenig, met veel diepe putten. Traag te rijden.
Weg n° 20 PNN Puracé: 37 km, smalle bergweg doorheen een schitterende omgeving van nevelwoud. Zeer zwaar om rijden, door stenige ondergrond, grote diepe putten en geulen, … gans de tijd hotsen en botsen, van links naar rechts overhellen en wiegen. We rijden hierover 5 uren, anderen rijden niet sneller. Wanneer we uitzonderlijk iemand iets sneller zien rijden, botst het voertuig nog meer, wat er zeker geen deugd aan doet.
Weg n° 20 PNN Puracé – Coconuco: bergweg in zeer goede conditie, afgewisseld met onverharde stukken in slechte toestand.
EXCURSIES:
SAN AUGUSTÍN – ARCHEOLOGISCH NATIONAAL PARK
Pre-Colombiaanse opgravingen, met een groot aantal beelden en graftombes. Elk beeld is uniek, in het museum wordt uitgelegd wat de verschillende kenmerken zijn. Het is dus best om eerst het museum te bezoeken en nadien de wandeling door het park te maken.
We vinden dit park interessant, maar zagen al mooiere historische sites in andere landen.
Een aantal sites met opgravingen liggen verspreid in de regio, deze zijn niet allemaal even gemakkelijk te bereiken. Paardentochten worden aangeboden naar enkele afgelegen plaatsen, moeilijker te voet te bereiken.
Centrale site: museum en rondwandeling tussen meerdere sites met opgravingen. Gemakkelijke paden, door het bos.
Fuente de Lavapatas is een unieke plaats.
Alto de Lavapatas is het uiterste punt, met mooi uitzicht op de omgeving, steile klim ernaartoe.
El Purutal / La Pelota: kleine site met gekleurde beelden.
Bereikbaar vanuit het dorp San AugustÍn. Te voet 5 uren, te paard 3-4 uren.
Isnos – Alto de los Ídolos: gesloten op het moment dat wij hier zijn, één van de veiligheidsmannen in de centrale site van San Augustín NAP informeerde ons hierover.
Isnos – Alto de las Piedras: kleine, zeer verzorgde site, maar niet minder mooi. Interessant door de bordjes met uitleg bij elke opgraving, in het Engels.
SCORE: 4/5
INKOM: 50.000 COP pp. Geldig voor 2 dagen, op meerdere sites die deel uitmaken van het park.
Men krijgt hiervoor een soort paspoort, met een woordje uitleg (in het Spaans).
PARKING:
Centrale parkdeel: goed bereikbaar, voldoende grote parking aan de ingang.
Coördinaten: 01.887468 – 76.294983
Isnos – Alto de las Piedras: kleine parking aan de site. Bereikbaar via mooie weg vanuit Isnos, laatste stukje is onverhard.
Coördinaten: 01.970033 – 76.200269
Niet bij elke site is parkeerplaats voorhanden, soms liggen ze aan zeer smalle, vaak steile weggetjes, waarop een voertuig moeilijk kan omdraaien.